Baer-test

Onderzoekmethoden voor doofheid bij katten
Onderzoek als en of een  kat doof is wordt gedaan met een elektrodiagnostische of gehoor test.
Anders gezegd een BAER-test (brain stem auditory evoked response – hersenstam auditief opgewekte reacties), ook bekend als BEAP of  (auditieve hersenstam evoked potential) of ABR (auditieve hersenstam respons) genoemd.
Naar cochleaire doofheid bij katten is redelijk veel wetenschappelijk onderzoek verricht (Strain 1991, 1996).
Internationaal wordt geadviseerd niet te fokken met niet-horende dieren en ook niet met eenzijdig horende dieren. Hiermee fokken zal op termijn meer dove dieren geven (Strain). Eenzijdig horende katten kunnen met een zgn. “klap- en knispertest” niet betrouwbaar opgespoord worden en derhalve is een elektrodiagnostische test (BAER- of BAEP-test) een objectieve beoordeling.
Vergelijkbaar met de EKG elektrische activiteiten in de cochlea en de hersenen worden gemeten. De curves tonen verschillende karakteristieke pieken, de eerste piek komt van de cochlea en de gehoorzenuw worden alle andere pieken uit de hersenen.
Bij dove dieren is de curve bijna plat.

bear-horend.gif bear-doof.gif
Normaal horende kat Dove kat

 

Meting gebeurt afzonderlijk voor elk oor.

 
 cat-beartest beartest cat-beartest2
Witte kat ondergaat bear-test meet instrument voor Bear-test Wit kitten ondergaat Bear-test

 

 

Eenzijdige doofheid,  is genetisch hetzelfde als bilaterale doofheid, het is slechts een andere uitdrukking voor doofheid.
Meting wordt gedaan met kleine naald-elektroden,  een elektrode bovenop het hoofd, een voor het oor, en de massa-elektrode wordt meestal op de nek geplaatst.
Deze elektroden zijn verbonden met een computer speciaal uitgerust voor dergelijke metingen.
Vanwege het feit dat de amplitudes van de curven erg klein zijn, wordt de meting vaak herhaald en een gemiddelde van de amplitudes berekend.
Er wordt een koptelefoon geplaatst op de oren van de kat, deze sluit goed aan, en een door de lucht overgedragen stimulus-klik wordt periodiek gepresenteerd aan de kat.
De gehele procedure, afzonderlijk uitgevoerd voor elk oor, duurt 10-15 minuten.
De naald-elektroden zijn zo klein (kleiner en dunner dan de naalden gebruikt voor acupunctuur) dat de kat geen pijn voelt.
Het is ook niet noodzakelijk de kat een verdoving te geven, zeker niet wanneer het dier ontspannen is en niet erg bang.
Veel dierenartsen geven nog wel een korte anesthesie, omdat ze denken dat het comfortabeler is voor zichzelf of omdat ze het zo gewend zijn, maar in feite is een verdoving niet nodig.

Geadviseerde maatregelen NRKV :

  1. Het O.P. is unaniem van mening dat het ongewenst is met eenzijdig- of volledig dove dieren te fokken en is voor een fokverbod voor deze dieren.
    In het stamboekreglement van de verenigingen dient hiervoor een fokverbod te worden opgenomen.
  2. Bovenstaande maatregel zal tevens gelden voor fokpoezen en dekkaters. De aanvraag voor stambomen van de nakomelingen zal vergezeld moeten gaan van een officiële verklaring van niet-doof zijn, verkregen volgens de BAER-test methode of een daaraan gelijkwaardige DNA-test. De ontwikkeling van een DNA-test is aan te bevelen, daar deze door betrokken katten beter te verdragen is dan een audiometrische BAER-test met narcose.
    Er zullen stambomen afgegeven worden met een fokbeperking tot na de verklaring van een niet-doofheid aan witte nakomelingen van witte, niet geteste ouders.
  3. Een tentoonstellingsverbod behoeft niet te gelden voor dove witte katten, omdat het hier slechts gaat om een schoonheidskeuring.
  4. Uitzondering voor het ondergaan van de BAER-test zal voorlopig gelden voor de huidige castraten.
  5. Fokkers moeten witte ouder x witte ouder-kruisingen voorkomen, omdat homozygoot-wit (WW) de kans op doofheid vergroot. In het stamboekreglement dient een fokverbod opgenomen te worden tegen wit x wit-combinaties.
  6. Fokkers van witte katten met blauwe ogen (m.u.v. Foreign White) dienen selectie op hun fokdieren uit te voeren door hun katten opthalmoscopisch te laten onderzoeken op de aanwezigheid van een tapetum lucidum, omdat aangenomen wordt dat alle gepigmenteerde ogen een een tapetum lucidum bezitten.
  7. De verenigingen dienen in hun Gezondheids- en Welzijnsreglement op te nemen dat alleen gefokt mag worden met goed horende witte katten en dat witte fokdieren onderzocht moeten worden door middel van een BAER-test, opdat ze bilateraal en compleet horend zijn.

Test-adressen waar Bear-tests worden afgenomen vindt U hier

afbeeldingen zijn afkomstig van Eurocatfancy